Bestuur en ondersteuning

In het taakveld Bestuur en ondersteuning zijn de lasten € 2.737.000 lager.
De belangrijkste verschillen zijn :

• Het begrotingssaldo van € 2.574.000 is verantwoord onder de lasten 2023. Ten opzichte van de gewijzigde begroting 2022 (€ 1.792.000) is dit hoger (€ 782.000 nadelig)
• In 2022 zijn kosten geraamd in verband met het project Samen Gaan (€ 100.000 voordelig).
• In 2022 zijn nog extra kosten geraamd voor COVID-19 (€ 401.000 voordelig).
• In 2022 zijn de kosten voor lokaal arbeidsvoorwaardenbeleid lager als gevolg van een overheveling in 2022 naar andere taakvelden (€ 85.000 nadelig).
• Ook hebben er diverse overhevelingen plaatsgevonden vanuit 2021 naar 2022. Deze budgetten zijn er niet in 2023. De belangrijkste:

- Regionale projecten (€ 69.000 voordelig)
- Campus samenwerking (€ 68.000 voordelig)
- Project samen gaan (huisvesting) (€ 100.000 voordelig)
- Afwikkeling minnelijke schikking (€ 3.450.000 voordelig). Hier staat ook een bijdrage uit reserves tegenover.

• In 2023 zijn er minder kosten doorberekend aan investeringen en grondexploitaties (€ 252.000 nadelig).
• Het overig verschil (€ 332.000 nadelig) wordt voornamelijk veroorzaakt door een hogere toerekening van loonkosten (overhead) aan dit taakveld als gevolg van de geraamde loonkostenstijging van 3,6% in 2023.

In het taakveld Bestuur en ondersteuning zijn de baten € 3.860.000 hoger.
De belangrijkste verschillen:

• Hogere algemene uitkering uit het gemeentefonds (€ 4.031.000 voordelig).
• Hogere opbrengst onroerende-zaakbelastingen (€ 750.000 voordelig) als gevolg van inflatiecorrectie en nieuwbouw.
• Hogere opbrengst reisdocumenten (€ 303.000 voordelig).
• Lagere renteopbrengsten (€ 111.000 nadelig) als gevolg van minder ontvangen rente op verstrekte geldleningen.
• In 2022 is een incidentele opbrengst grondverkoop geraamd (€ 1.148.000 nadelig) als gevolg van een grenscorrectie Eindhoven - Best.

De afwijkingen in de stortingen en bijdragen uit de reserves worden met name veroorzaakt door overhevelingen vanuit 2021 naar 2022, waaronder bijdragen uit reserves, en hogere bijdragen uit reserves naar dekkingsreserves (met name reserve wegbeheer en reserve buitensport). Verder wordt verwezen naar onderstaand overzicht.